Ritme met een pasgeboren baby: hoe doe je dat?

Een baby in huis kan je leven behoorlijk overhoopgooien. Het ritme dat je had voordat je een kind kreeg, werkt ineens niet meer en je moet je nu aanpassen aan dat kleine mensje. Maar hoe doe je dat? Hoe maak je tussen het voeden en verschonen door ook nog tijd voor je huis, je partner en vooral voor jezelf? In dit blog lees je alles over het ritme van jouw baby.

Waarschijnlijk wil je baby nog veel bij jou zijn en lekker in jouw armen slapen. Dit is geen probleem (geniet er vooral van!) maar probeer je baby ook af en toe neer te leggen in zijn of haar bedje of de wagen om daar even te slapen. Zo leer je je baby alvast om te slapen in zijn of haar eigen bedje en heb jij even wat tijd voor jezelf. Gebruik deze tijd vooral om iets te doen wat je leuk vindt (of ga zelf ook even slapen), want het is al druk genoeg. Dat huishouden loopt niet weg en er zijn vast mensen om je heen die je daar af en toe mee willen helpen!

Als die eerste 2 maanden voorbij zijn, slaapt je kleintje gemiddeld 14-16 uur. Hij of zij kan nog steeds maximaal 90 minuten wakker zijn. Na die ‘wakkertijd’ is het echt weer tijd voor een slaapje. Soms lijkt het misschien alsof je kleintje nog niet moe is, maar bied dan toch het slaapje aan. Als je dit steeds doet, gaat je kindje ook wennen aan dit ritme en zal je zien dat hij of zij ook op die tijden toe is aan een slaapje. De meeste kinderen doen op deze leeftijd zo’n 4 slaapjes overdag, maar meer of minder mag ook. Laat je kindje liever niet langer dan 3 uur achter elkaar slapen. In deze periode ontwikkelt je kindje langzaam een ritme waarin hij of zij ’s nachts een langer blok slaap gaat pakken, meestal het eerste gedeelte van de nacht. Het is heel normaal dat een kindje ’s nachts nog een paar keer wakker wordt voor een voeding. Probeer in de nacht in ieder geval 3 uur tussen de voedingen te houden.

Ouders denken vaak dat ze door dit ’90 minuten-ritme’ aan huis gekluisterd zijn maar niet alle slaapjes hoeven in het bedje. Je kindje kan ook prima slapen tijdens een wandeling in de wagen, in de auto of lekker in de draagzak. Probeer je activiteiten een beetje rond die slaapjes te plannen door bijvoorbeeld te vertrekken als het slaaptijd is, zodat je kindje onderweg lekker kan slapen.

In deze fase is het goed om je kindje regelmatig zelf in slaap te laten vallen. Veel kindjes vallen bijvoorbeeld aan de borst of fles in slaap of in de armen van papa of mama. Dit is niet erg, maar je wilt jouw kindje ook leren om het zelf te doen. Leg je kindje regelmatig slaperig (maar nog niet slapend) in bed. Je mag hem of haar best eerst een beetje slaperig maken in je armen. Blijf er even bij om je kleintje rustig in slaap te laten vallen. Vindt jouw kindje dit moeilijk? De wagen is altijd een goed hulpmiddel, omdat deze lijkt op het bedje, maar door de beweging helpt om in slaap te vallen.

Wil je meer lezen over het ritme van oudere baby’s? In deel 2 van dit blog lees je alles over slapen van 6 tot 12 maanden